Laatste dag

 


’s Avonds maken we een laatste wandeling over het strand. 

We nemen afscheid van de mooie Indische Oceaan en zijn stranden. De krabbetjes lopen voor onze voeten en verschuilen zich in hun holletjes. 

En dan onze laatste beachboy. “Safari?” “No, already did a safari, we leave tomorrow.” We hebben alles al gedaan, gekocht, we hebben niets meer nodig, meestal druipen ze dan wel af. 

Maar… “Heb je nog shillings??” “Ja, een beetje.” We zijn weer te eerlijk. “Ha, dan heb je die niet meer nodig! Dan kan je die wel aan mij geven!” Ze weten toch altijd wel iets hé. We zeggen dat we de shillings meenemen voor verzamelaars, maar hij gelooft het precies niet.

 Eigenlijk is hij geen echte beachboy want hij heeft geen vergunning. De politie kan hem dan arresteren, want hij mag niet op dit strand komen.
We lopen terug naar ons hotel. “Need a taxi?” “No no, we like to walk”

Vision Nursery School

De volgende dag komt Sylvester ons halen om 10 uur om samen naar zijn schooltje te gaan. We stappen in een matatu en ik ga naast een meisje zitten. “Jambo!” zegt ze. Ik kijk naar haar, het is Elizabeth! Dat is toevallig! Ze heeft de broek aan die ik gisteren gegeven heb.
Enkele mensen lachen met ons, die 2 witte in een matatu!
Sylvester zijn schooltje is in Majengo, iets voorbij Kikambala. Hij werkt daar vrijwillig als leraar. Vele kinderen van het schooltje zijn wezen. Ze hebben hun ouders verloren door AIDS, malaria, een ongeval met de auto of ook wel door brand. We gaan eerst in Mtwapa naar de bookshop en kopen daar schriftjes, potloden, slijpers, gommen en een bel voor Sylvester. Wat verder kopen we nog een bal aan een kraampje. We nemen terug de matatu tot in Majengo en dan stappen we nog een half uurtje verder tot aan het schooltje. De kinderen komen op ons afgestormd en roepen “nice to meet you!” Ze willen allemaal een handje geven. Sylvester laat ons de klasjes zien. Een grote hut in 2 klasjes gedeeld, het ene met bankjes, het andere met strooien matjes. Er is ook een nieuw klaslokaal met bankjes. Toch wel ongelooflijk hoe enkele mensen vrijwillig in dit arme land zich ontfermen over kinderen die anders geen mogelijkheid hebben om naar school te gaan. De kinderen raken ons constant aan, ze nijpen in onze benen en spelen met mijn tenen. Ze vinden mijn sproeten wel grappig en voelen er aan. Ze willen allemaal wel op de foto en daarna kijken op het kleine venstertje. Ze vinden het toch wel leuk zo henzelf te zien. Ze hangen allemaal rond ons, we krijgen bijna geen lucht meer. Ze stellen vragen van waar we komen. Sylvester probeert uit te leggen dat het in België koud kan zijn en water dan bevriest. Maar dat vinden ze toch maar raar.
Als je deze blije kinderen ziet en dan denkt aan onze scholen, wat een verschil! Je krijgt er een triestig gevoel bij, Sylvester doet fantastisch werk en krijgt geen steun van de overheid. Hij doet dit alles met de steun die hij krijgt van gulle schenkers.
Een beetje verder maken mannen een waterput, een gevaarlijke job! Als de waterput klaar is moeten de mensen van het dorpje niet meer zo ver lopen om water te halen.
Sylvester vraagt ons of we over hem en zijn project zullen praten in België.
Als we terug wandelen blijven enkele kinderen ons volgen en stellen nog allerlei vragen, tot Sylvester zegt dat ze terug moeten gaan. We nemen afscheid van de kinderen, we zullen nog veel aan hen denken.
Ik vraag me nog maar eens af waar het geld dat de toerist achterlaat in Kenia, naartoe gaat. Weer krijg ik hetzelfde antwoord : de regering steekt het in zijn zakken, er is veel corruptie en de mensen hebben niets. Wegen worden gebouwd door de Europese Unie, de bevolking hangt af van goede doelen, en in de krant lezen we dat een Keniaanse minister een kantoor laat bouwen van 3 miljoen €! Eigenlijk is het de taak van de overheid om voor hun volk te zorgen maar dat gebeurd blijkbaar niet.
De dag erna gaan we naar nog een ander project in Mtwapa. 4 vrijwilligers zorgen hier ’s middags voor een lunch voor een zestiental weeskinderen. Ze doen samen ook allerlei activiteiten zoals zingen en dansen. We worden uitgenodigd om mee naar het huis van één van de vrijwilligers te gaan. Ze laat ons haar keuken zien, een kot van golfplaten met enkele grote kookpotten. We gaan met z’n allen in de woonkamer zitten en worden getrakteerd op limonade.
Als we terug gaan naar de hoofdbaan lopen de vrijwilligers een eindje mee. Ze vertellen nog honderduit over hun project. Plots scheuren de ‘motorbikes’ roekeloos door de straten. Met deze brommers kan je meerijden tegen betaling. Ze zijn helemaal uit hun normale doen, ze zijn opgewonden.
Blijkbaar is er iets gebeurd. We moeten oppassen of ze rijden ons nog onderuit! Eén van de vrijwilligers verteld dat ze een dief hebben opgepakt, een jongen die één van de brommers had gestolen. Ze hebben deze jongen hardhandig aangepakt. Ze hebben hem gebeten, geslagen, ………
We gaan nog een biertje drinken op een terrasje om nog wat na te praten. Er komt een man op ons af, blijkbaar dronken, hij vraagt geld om naar het hospitaal te gaan. Hij laat zijn been zien met een grote open wond. De dienster komt er plots bij en roept naar de man. We verstaan er niets van. Uiteindelijk gaat de man weg. Ze vertellen ons dat deze man deze wond telkens weer openhaald om zo aan geld te komen.

Mombasa City Tour

 


We willen een tour maken in Mombasa en spreken de route en prijs af met Juma, een chauffeur. 

Om 10 uur pikt hij ons op. We stappen in de auto. De zetels zitten vol scheuren, aan het dashboard werkt er ook al niet veel meer, sommige ramen gaan niet meer open, alles kraakt, maar de auto rijdt nog!
Dit is geen officiële taxi, veel mensen die een auto hebben bieden ‘taxiritjes’ aan om zo hun geld te verdienen. We rijden langs de Tusks, de grote olifantentanden. Juma zegt dat dit de plaats is waar vroeger ivoor verhandeld werd. Daarna naar Fort Jesus, een fort door portugezen gebouwd. De inkom bedraagt 800 shilling per persoon. Er komt een gids op ons af. Hij geeft wat uitleg en dan vraagt hij 1200 shilling om verder te gidsen!! We bedanken ervoor en zullen wel zonder gids rondlopen. Onze chauffeur is gratis mee binnengegaan en nu begint hij voor gids te spelen. Hij gaat met ons mee door het fort dat toch niet zo interessant blijkt te zijn. We gaan naar buiten en plots is onze chauffeur verdwenen! We wachten maar wat aan de auto. Wat later komt hij opdagen met een raar verhaal dat hij is opgepakt door de politie omdat hij met ons rondwandelt en dat hij 500 shilling heeft moeten betalen. Ja zeg, weer een manier om geld te krijgen natuurlijk. We geloven er niks van. We rijden verder naar Old Town, daarna naar de Marketplace. In de Market wordt allerlei voedsel verkocht. We zien grote stukken vlees hangen, in het stof en in deze warmte. De stank komt ons tegemoet. Wat moet dat zijn als het hier nog warmer wordt? Vlak voor onze auto een botsing met 2 tuktuks. We verschieten er niet van. Na wat getrek en geduw rijden ze verder. We rijden dan ook in overvolle straten, langs de kant allemaal stalletjes met kleding en andere rommel, veel voetgangers en daartussen ook nog brommers. We rijden terug naar het hotel en onze chauffeur Juma begint te klagen dat we toch wat weinig betaald hebben. Hij doet nog een rare uitleg en vraagt 200 shilling, die we natuurlijk niet betalen.
Na de tour gaan we nog even langs Elizabeth, het meisje dat sandalen maakt. Ze kijkt ons aan en een grote glimlach verschijnt : “You came back!”… “Yes, to see you!” Ze is blij ons terug te zien. We praten nog wat en ik geef haar een broek en bloesje van mij. Ze is er heel blij mee.

Terug naar Bamburi

We gaan terug naar het Kahama Hotel in Bamburi. We drinken nog iets in Boko Boko en nemen afscheid. Sylvester, de barman, vraagt of we later nog met hem meegaan naar zijn schooltje. We spreken af en vertrekken.
In Bamburi gaan we naar de vlindertuin en doen we de ‘nature walk’. Een mooie wandeling, We zien elanden, vogels, vissen, waterleguaan, apen en natuurlijk vlinders.
We willen ‘s avonds nog eens bij ‘Granger’ gaan eten. We vragen aan Shedrack om prawns te bestellen en spreken een prijs af die veel te hoog is. We krijgen eten voorgeschoteld wel voor 10 man! Rijst, chapati, groenten, banaan, matoke die geen matoke is maar gewoon aardappel en een klein beetje prawns! We genieten van het eten maar krijgen alles natuurlijk niet op en we willen gerust delen en iedereen eet mee. We vertellen ook nog over het gebruik van de “Doggy Bag” in Europa, iedereen ligt in een deuk van het lachen! Ze vinden het hilarisch!

Boko Boko in Kikambala

 


We besluiten om na onze safari eens goed te relaxen en Cornelius zet ons af bij Boko Boko. Er zijn hier 5 bungalows maar ze zijn allemaal bezet door een familie uit Nairobi. Er is ook nog het huis van de dochter van de bazin op het domein en we mogen daar wel slapen! Een mooi groot huis voor ons alleen! We kunnen het niet geloven. De dag erna zijn de bungalows vrij en als we willen kunnen we daar intrekken, maar nee, we willen liever in het huis blijven. Er is ook een restaurant met heerlijk eten. Hier kunnen we ook de Papaya wijn krijgen, een keniaanse wijn die we nergens anders kunnen krijgen, raar. 



We wandelen samen met Julius naar de zee, het is ongeveer 2,5 km naar de zee, maar het is een mooie wandeling tussen palmbomen, papaya, wilde munt, jacaranda enz. Julius vertelt ons over deze bomen en planten. In de palmbomen zien we flessen hangen. Deze hangen hier om het sap af te tappen en zo bekomt men de cocoswijn die heel straf is, we durven er niet van te proeven! De jacaranda met zijn mooie gele bloem, als je erop nijpt komt er sap vrij die heel zoet smaakt, lekker! Er hangen ook bolletjes in de boom, als je die opensnijd komt er een vloeistof uit die heel hard kleeft, lijm dus. Van de papaya maken ze wijn, lekkere wijn! We zien een struik met mooie bloemen met verschillende kleuren. Er hangen ook zwarte besjes aan. We eten de besjes op, lekker. Dan heb je nog de toiletpapertree… Julius trekt er een blad af, we voelen eraan, het is héél zacht! Dus als je dringend moet…
 

 

Onderweg zien we hutjes, geiten, koeien. Enkele vrouwen stampen maïs. We gaan een kijkje nemen. Een kind vraagt lief een bal.

We drinken iets bij Kingfisher aan het strand en daarna wandelen we op het strand. Het strand ligt er verlaten bij, alleen 2 beachboys. Iets verderop enkele kindjes op het strand, ze spelen wat en daarna nemen ze een grote bundel takken op hun hoofd en gaan verder. Op onze terugweg komen we de 2 beachboys terug tegen en ze vragen of we meegaan naar hun ‘village’. We hebben er niet zo veel zin in omdat we schrik hebben dat het weer bedelen gaat worden. We gaan toch mee, we zien wel. Enkele vrouwen vlechten palmboombladeren, kindjes komen naar ons toe. We gaan samen iets drinken in de pub van het dorpje. De tv staat er veel te luid, we verstaan elkaar bijna niet. We gaan terug naar Kingfisher en geven de boys een fooi. Daarna terug te voet naar Boko Boko. We duiken in het zwembad dat we voor ons alleen hebben, wat een luxe! We eten ook weer heel lekker en dan zalig slapen.
Shedrack, weet je nog die beachboy, komt langs om samen met ons een matatu te nemen naar Mtwapa, daar gaan we wat rondwandelen. Wij samen in de matatu, een mollige vrouw met een grote zak op haar schoot lacht met mij, blijkbaar ziet ze wel dat we het niet gewoon zijn. De matatu rijdt hard, luide muziek hoort er natuurlijk bij, en veel te veel volk in een busje. We wandelen in Mtwapa in de ‘straatjes’ op zoek naar conditioner voor ons haar, want dat wordt ondertussen een ramp. Bij een kraampje vinden we conditioner die we veel te veel betalen. Een vrouw vraagt aan mij of ze men haar mag doen, ik zeg maar dat ik straks ga zwemmen en dat het zonde van het geld zou zijn. Ze lacht, mag ze men nagels dan lakken? Ze kijkt naar men tenen. Oooooh, men teennagels zijn al gelakt en ze vindt het heel mooi. Maar volgende keer moet ik toch maar men haar bij haar laten doen zegt ze.
We kopen ook nog een bal. Kindjes vragen weer sweets, no sweets!
Terug met de matatu. Er zijn nog juist 3 plaatsen vrij, maar toch stapt er altijd maar volk op. Op Wim zijn schoot zit al een vrouw en op mijn schoot haar dochtertje. Niet te doen! En er stapt nog eens iemand op met een valiesje. Oef, we zijn er, eerst moeten er enkele mensen uitstappen, ook het kindje op men schoot, ik heb schrik dat ze haar gaan vergeten en wacht tot ze terug is ingestapt, en hop, de matatu is alweer weg, hij rijdt verder terwijl de deur nog openstaat.


Naast ons verblijf staan enkele hutjes. We gaan onze geburen eens goeiedag zeggen. De moeder is ugali aan het koken. Ze komt naar ons toe en geeft ons het bankje waar ze op zat. Dat hoeft nu ook weer niet, maar ze staat erop dat we gaan zitten. Wim vraagt of hij een foto mag maken, ja dat mag, ze gaat zitten op een plastieken tonnetje en veegt haar gezicht schoon met haar kleed, ze kookt verder en lacht. We delen wat koekjes uit aan de kindjes.

Na het ontbijt willen we terug naar het strand wandelen, deze keer alleen. We nemen de bal mee die we in Mtwapa gekocht hebben. Na een half uurtje stoppen we bij enkele hutjes waar vorige keer de vrouwen maïs aan het stampen waren. Ze herinneren ons nog. Wim vraagt aan de kinderen: weten jullie nog wat je vorige keer gevraagd hebben?? Jaaaaaaaa, een bal! We geven hen de bal en ze zijn door het dolle heen. Ze gaan direkt poseren met de bal, als een echt voetbalteam, ze halen ergens nog een voetbalschoen te voorschijn die mee op de foto moet! We moeten foto’s maken van hun ‘ploeg’. Ze lachen en roepen, zelfs de volwassenen zijn door het dolle heen, nooit gedacht dat kinderen zo gelukkig zouden zijn met die bal! Een moeder nodigt ons uit om op een bankje te gaan zitten, ze zet enkele bankjes klaar en we kijken samen naar de voetbalmatch. We zijn te gast bij de familie Mazai. De vrouw heet Esther en haar broer Stanley komt er ook bij zitten. Rodgers, ook nog een broer, komt er ook nog bij. We praten met de mensen over vanalles en nog wat. Over game reserves die veel te duur zijn. We vinden het raar dat de entree fees zo hoog zijn en er niets van naar de bevolking gaat. Stanley beaamt dit en  zegt dat er veel naar de zakken van de regering gaat. Stanley zijn zoon kruipt in een palmboom en haalt kokosnoten voor ons, hij hakt ze open. We drinken heerlijke frisse kokosmelk. Daarna hakt hij ze verder open en eten we de kokos samen op. Heel de familie woont hier bij elkaar op een domein dat van hun is. Broers en zussen met al hun kinderen. Vader is enkele jaren overleden maar moeder leeft nog.
Rodgers vertelt honderuit over hun plannen. Ze willen op het domein van de familie een toeristenverblijf maken, met enkele bungalows, een camping, een restaurantje. Zo kunnen toeristen onder de lokale bevolking verblijven en hun manier van leven leren kennen. Wat een goed idee!! Ze willen samen een truck kopen en ook safari’s aanbieden, maar dan niet in dure lodges, maar goedkopere verblijven aanbieden. Ook bushwalks en culturele tours. We vinden het een geweldig idee. Dat is wat wij zochten op het internet maar uiteindelijk niet vonden. In Kenia worden veel dure beachresorts en lodges aangeboden maar meer ‘budget’ vind je bijna niet. Deze resort en lodges zijn ook niet in handen van Kenianen, maar eerder van Indiërs. We hopen dat zijn idee ooit zal bestaan. Dan komen we zeker nog eens terug! We wisselen onze gegevens uit, we gaan mailen. Rodgers vraagt ons een kleine website te maken voor hem, want dat is voor hem niet mogelijk. En of we hem willen adviseren? Dat willen we natuurlijk wel doen. Als hij informatie doorstuurt via mail kunnen we dat wel op internet zetten. We delen nog wat koekjes uit aan de kinderen, geen sweets.
We nemen afscheid van deze gastvrije familie. We hopen dat we nog van hen horen.
De kinderen roepen ons na : “God bless you! Thank you for the ball!”




Tsavo East

Via Voi rijden we naar Tsavo East. We checken in bij de Voi Wildlife Lodge. We hebben daar een hele mooie kamer met mooi uitzicht.
Bij Voi Wildlife Lodge heb je ook een zicht op de waterplaats waar vele dieren komen drinken. Er zitten veel verschillende vogels. Tsavo East is ook weer prachtig van natuur, ja ik val precies in herhaling… We hebben hier wel niet zoveel dieren gezien. Volgens Cornelius komt dit door de droogte en zitten er op dit moment meer dieren in Tsavo West.
De dag erna rijden we terug richting Mombasa, onze safari zit erop. Spijtig….

Amboseli

Dan op naar Amboseli. Het wordt weer lang rijden. We moeten weer door Nairobi, hectisch!
Na Nairobi rijden we over een berg terug naar beneden met veel bochten. Langs de kant zien we containers op hun zij liggen, van vrachtwagens die omgekieperd zijn. Een beetje een gevaarlijke weg dus. Het dorp bovenop de berg heet Salama wat veiligheid wil zeggen…Na de afslag richting Amboseli is het een goede weg, gefinancierd door de Europese Unie.
We verblijven in Amboseli in het Sentrim Camp, weer zo’n een mooie luxe tent met badkamer. De weg naar het camp is wel niet te doen, het is zo een kleine kilometer niks anders dan los zand waar je gewoon inzakt als je blijft staan, maar wij hebben een goede chauffeur! In Amboseli weer prachtige natuur met mooie bomen. Het is er redelijk groen. We zien veel olifanten met kleintjes, leeuwen, zebra’s, buffels.
Volgende ochtend vertrekken we vroeg en zien we 2 leeuwen die hun prooi aan het verslinden zijn. Iets verderop wachten 2 leeuwinnen tot zij mogen eten en nog wat verder zitten de heyna’s te wachten. Ongeloofelijk om dit te zien. Een kleine jakhals probeert ook nog een stukje mee te pikken. Als de leeuwen gedaan hebben met eten beginnen ze elkaar af te likken. Nu mogen de leeuwinnen eten. We zien ook nog  de Kilimanjaro.

Lake Nakuru

De andere weg naar Narok is iets beter en we zien minder af. We rijden het reservaat in en zien al meteen apenen een neushoorn. De natuur is hier prachtig! De acaciabomen vind ik toch zo mooi! We trekken in de Lake Nakuru Lodge. Van buiten af gezien een hele mooie lodge met mooi zwembad. Maar de kamer is echt aan renovatie toe! In de douche kun je amper in, zo smal en de kranen zijn verroest. Nee niet zo leuk hier! Wel een mooi terras met een paar meter verder apen en buffels We lunchen en vertrekken terug voor een game drive. We zien veel flamingo’s. Spijtig genoeg begint het wat te regenen. Verder nog witte neushoorns, buffels. Bij het avondeten komen we hier een bekende tegen: Jean Marie Dedecker. Wim zegt : Dag Jean Marie! Hij kijkt op en zegt vriendelijk een goeiedag terug. We praten wat, hij is er samen met zijn kleinzoon en hij nodigt ons uit om aan zijn tafel te komen zitten. Dat hoeft nu ook weer niet, we willen hem natuurlijk niet lastig vallen tijdens zijn vakantie.

Masai Mara II

De dag erna staan we vroeg op en rijden door de Masai Mara en zien een luipaard in een boom, cheetah’s, olifanten, buffels, topi’s, black rhino, secretarybird.
We rijden tussen de vele gnoe’s, zebra’s en giraffen naar de Mara rivier waar de gnoe’s oversteken tijdens de grote trek. Onze chauffeur heeft blijkbaar met een andere chauffeur afgesproken om samen te rijden want het andere busje blijft altijd in onze omgeving.
We zien veel gnoe’s die de Mara wel willen oversteken maar het toch nog niet doen.
We lunchen aan de Mara rivier en zien veel hippo’s die liggen te rusten in het water.
Ook de vele krokodillen houden hier hun siesta.

Volgende dag weer vroeg op om verder te rijden. We nemen een andere gate om zo een andere weg te nemen terug naar Narok.

Masai Mara traditional village

We bezoeken een Masai dorp. De hutten staan in een grote kring. ’s Nachts worden de koeien in deze kring gezet en worden beschermd door een hek van takken. Een masai heeft een hoofddeksel dat gemaakt is van een dierevel.
Hij vraagt welk dier dit dan wel is. We weten het niet, een geit misschien? Nee het is wel van een leeuw! Die hij zelf gedood heeft! Oeps… Ze geven een demonstratie van het springen waarvoor ze zo bekend zijn. Ondertussen maken ze een brommend geluid. We mogen even binnen in een hut. Zo klein en donker.

Masai Mara 1

We rijden door Narok, een levendig stadje. Na Twaso Ngiro wordt de weg heel slecht. Een echt wasbord en onze chauffeur gaat naast de weg rijden. Wat later zijn het echte putten waar ikzelf niet doorheen zou durven rijden. Eén keer moeten we een stukje terug omdat het echt te erg is en rijden we rond een grote put. Ook stenen op de weg die daar blijkbaar door de Masai worden gelegd omdat ze niet willen dat je erdoor rijdt.
Na veel hotsen en botsen komen we eindelijk aan bij het Sentrim Camp, via de Sekenani Gate. We krijgen hier een luxe tent met grote badkamer. Het is een prachtig camp.
We bezoeken een Masai dorp.
Later doen we nog een avond game drive. Zeer veel zebra’s en gnoe’s hier. Op het laatst zien we nog leeuwen!

Lake Naivasha


 

Volgende dag weer vroeg op. 

Ontbijten en we vertrekken naar Lake Naivasha. We rijden recht door het drukke Nairobi. We komen aan bij Lake Naivasha Simba Lodge. Een hele sjieke lodge. 

Voor de boottocht moeten we bijbetalen, dat wisten we niet. Het is nogal prijzig, ze vragen er 120 dollar voor! Dat vinden we toch wel wat veel. We gaan te voet naar het meer samen met 2 masai die vertellen over dieren en het Lake, ze kunnen niet geloven dat er in België geen wilde dieren zijn! 

We moeten oppassen want er zijn buffels gesignaliseerd. We kijken over het meer en zien vogels en enkele hippo’s in de verte. We wandelen terug met de 2 masai en lopen tussen de waterbokken.
 

Er wordt aan de lodge een filmpje opgenomen door Sudanezen. We gaan zitten en kijken er wat naar. Ze dansen en een man playbackt. Een grappig zicht! De ‘regisseur’ spreekt ons aan en vertelt waar het hier eigenlijk over gaat. 

Hij wil ook  nog wel met ons op de foto en vraagt om deze op te sturen. Hij geeft ons zijn e-mail adres en zegt dat we altijd welkom zijn bij hem in Sudan. De omgeving van het Lake is prachtig groen met grote acaciabomen.

Tsavo West

Dat is dicht genoeg...

We komen aan in Tsavo West en doen meteen al een game drive. We zien grote olifanten die heel dichtbij komen. We rijden stilletjes verder…. We zien ook nog zebra’s, dik dik, gazelles, bavianen, giraffen. De natuur is hier prachtig. We maken ook nog een wandeling naar de Mzima Spring, onder begeleiding van een gewapende schone. ‘s Middags checken we in in de Ngulia Safari Lodge en gaan we lunchen. Nog wat rusten en dan naar het neushoornreservaat. Spijtig genoeg zien we geen neushoorns. Bij de lodge zijn er 2 drinkplaatsen waar er regelmatig dieren gespot worden. Als er dieren zijn worden de gasten ervan verwittigd, tot 11 uur ‘s avonds en als je wil ‘s nachts ook. Tijdens het avondeten word er een stuk vlees omhoog gehangen om zo luipaarden te lokken. Er komt een luipaard aan en alle gasten halen fototoestellen en camera’s boven. Als het luipaard weg is, komen er ook hyena’s langs! Nog wat later zien we een luipaard aan de drinkplaatsen. Ngulia Safari Lodge is een lodge met mooi uitzicht maar is sterk verouderd. Er lijkt in jaren niets meer aangedaan. We hebben wel geluk dat onze kamer uitkijkt op de drinkplaats. Ik word ‘s nachts wakker van olifantengeluiden en ga kijken, niets te zien. Iets later gaan we nog eens kijken en aan de drinkplaats staan wel 10 olifanten! Fantastisch! We zien mensen op het terras zitten, ze blijven heel de nacht op om dieren te spotten.

Safari


We gaan ook een safari doen, daar is Kenya toch zo bekend voor en we hebben deze geboekt via internet bij een lokaal safarikantoor. Dat wil dus zeggen terug vroeg uit de veren! We moeten al om 4 uur opstaan en om 5 uur komt onze chauffeur en gids, Cornelius ons ophalen met het safaribusje. In het pikkedonker rijden we door Mombasa. In Voi gaan we eerst nog even langs de ‘garage’ want Cornelius hoort een raar geluidje.
De safari hebben we kort samengevat in onderstaand filmpje … 


Bamburi

 


De dag erna gaan we naar Nakumat in Nyali. 

Dit is een shopping center waar je vanalles kan krijgen. We doen wat inkopen en daarna nog langs de Barclay’s bank om nog wat geld te pinnen. Naast de bank is een curio-shop en ik ga eens kijken. 

Er zit een meisje pareltjes te naaien op leder en een man snijdt het leder. Je kan er allerlei sandaaltjes en slippertjes kopen van leder met of zonder pareltjes. Echt mooie dingen! 

We bestellen 3 armbandjes die we de volgende dag kunnen afhalen. We kopen er ook nog enkele postkaarten. Het postkantoor is ernaast en we gaan postzegels halen. Het is net of we de mensen van het postkantoortje wakker maken, want ze reageren nogal versufd. Zegels? Waarom heb je die nodig?
 

De volgende dag gaan we de armbandjes halen. Er zit nog geen drukknopje op om ze te sluiten. De man van de curio-shop gaat dit nog regelen, hij is direkt terug zegt hij. Hij neemt de armbandjes en springt op een matatu. 

We wachten en praten wat met het meisje, Elizabeth, die ondertussen verder pareltjes naait. We vragen of we een foto van haar mogen nemen. Ze glundert en vraagt of Wim een foto wil maken van haar en mij, en of we die ook kunnen opsturen? Ja dat kunnen we, we zullen er een paar opsturen. Dat vindt ze fantastisch, want dan kan ze deze delen met haar broers, zegt ze! Ze geeft haar adres.
Wat later is de man er terug met de armbandjes. 

Hij vraagt of we de foto’s ook op het internet willen plaatsen en of we over hem willen praten. Dat gaan we zeker doen. We betalen en Elizabeth vraagt of dat we nog wel eens willen langskomen. We beloven van nog eens langs te komen maar gaat ze ons nog wel herkennen??? 

Ja dat zal ze zeker! Ze is zo’n lieve meid.

Wasini Island

Opstaan om 5 uur ‘s morgens… is dit vakantie??? Een safaribusje komt ons ophalen aan het hotel. We rijden naar Mombasa en daar de ferry op. Weer veel chaos, drukte, lawaai en vooral veel getoeter. Mensen proberen nog snel iets te verkopen. Auto’s en vrachtwagens gaan de ferry op, daarna aan de ene kant voetgangers en aan de andere kant fietsers. Er staat een bord dat men geen foto’s mag nemen of filmen. Na de ferry rijden we weer veel te vlug verder, zigzag tussen de potholes.
Eindelijk zijn we er. Mensen proberen drank, snoep, pennen te verkopen: “to give to the children of the island!”
Dan de boot op. We varen de zee op en na een tijdje zien we dolfijnen. We hebben geluk want het zijn er wel wat en het was geen garantie dat je ze ziet. Verderop stopt de boot en kan je gaan snorkelen. De snorkeluitrusting zit mee in de prijs, maar ja , er zijn natuurlijk niet genoeg brillen en vliezen en ik blijf aan boord, pech… Wim gaat snorkelen en maakt foto’s van deze mooie onderwaterwereld, de seasafari! En ik maak dan maar wat foto’s van Wim en de omgeving. Na het snorkelen varen we verder voor onze lunch “with seafood”. Eerst moeten we overstappen in een klein bootje. Met veel te veel mensen in het kleine bootje varen we naar een trapje en zo bereiken we het “eethuisje”.Ondank er geen muren zijn, alleen maar een dak, ruikt het hier naar een koeiestal. Dat beloofd! Mooi uitzicht, dat wel. We schuiven aan en bestellen iets om te drinken. Voor de drank moeten we betalen, alhoewel de trip ‘all in’ was, en ze rekenen nog goed door ook : 600 shilling voor 2 biertjes. We krijgen krab en daarna vis.
Na het eten maken we een wandeling met de hele groep naar “the village”. We wandelen door het dorpje en kinderen komen op ons af: “Give me! Give me sweets, give me money!” Ze vragen het niet meer aan je, het lijkt wel commanderen. Ze laten je niet gerust en lopen constant voor je voeten. “Geef me snoep, geef me geld, koop iets!” Ik word er niet goed van
, we geven dan ook niets. Aan het einde van de wandeling is er een koraaltuin, voor we erin mogen moeten we wéér betalen. Niet zoveel maar we vinden dat we genoeg betaald hebben voor de trip die zogezegd “all-in” was. We maken hier een opmerking over, andere mensen vinden dit toch ook wel wat te veel worden. We betalen hier dus niet. De fun is er een beetje af, het is altijd maar “give me” of “pay me”. Triestig. Men vertelt ons dat het geld naar de “community” gaat, en dat de mensen het Wasini eiland hiermee onderhouden. We willen het wel geloven, maar overal zien we vuil liggen, het is hier een echt vuilnisbelt. Ook in het water ligt het vol plastik, schoenen, blikjes, flesjes. Hier wordt niet veel aan onderhoud gedaan en kinderen gaan niet naar school maar bedelen alleen maar. Voor je
het park ingaat staat er een groot bord dat je geen vuil mag achterlaten, je verwacht dan ook niet van zo een vuilhoop te zien. Hebben deze mensen geen respect voor de natuur en henzelf?
We rijden terug naar ons hotel, weer vliegensvlug, al hotsend en botsend, met 2 bijna-
aanrijdingen en de nodige adrenaline. Grote bussen (matata) steken ons voorbij, zonder dat ze duidelijk kunnen zien of er tegenliggers aankomen. Een vrachtwagen moet uitwijken en rijdt de berm-bush in. Terug de ferry op, nog wat in de file staan en we zijn terug aan het hotel. Een douche met koud water, het warme zal al op zijn. Terwijl ik aan het schrijven ben probeert er ook nog een aap door ons raam te dringen. Daarna wat gaan eten en slapen.

Verloren bagage


 


 We willen graag naar het Wasini Island, een boottocht naar een eiland met een koraaltuin, men kan er ook snorkelen en met wat geluk dolfijnen zien. Maar daar we onze bagage nog niet hebben beslissen we nog niets. De “boys” nemen ons mee naar een eetcafé van hun vriend Granger, achter de grote beachresorts. Hier komen geen toeristen, alleen lokale bevolking. We vinden het geweldig!
Mijn huid begint al wat rood te kleuren en we gaan lekker in de schaduw zitten onder een boom. We bestellen bier voor ons vier.


B.O.K. zegt dat ik het sap van de aloë vera op mijn huid moet smeren, dat verzacht bij zonnebrand. Hij zal het even gaan halen en enkele minuten later staat hij er terug met het dikke blad van de aloë vera. Hij breek het open en smeert men armen en gezicht er mee in. Wel verfrissend! Ook Wim smeert hij ermee in.


We gaan verder want we moeten terug naar het vliegveld om onze bagage te gaan halen. Aan het loket van de verloren bagage is niemand. Er staat nog volk te wachten voor hun bagage. Even later komt er iemand en zegt dat we moeten wachten, er is juist een vliegtuig geland en deze mensen hebben hun bagage ook niet. Dus gaan ze eerst even deze mensen helpen met papiertjes invullen en dan wij pas. Dat kan nog wel even duren. Uiteindelijk staan we daar 2 uur te wachten. In die 2 uur gebeurt er niet veel . Wij maar vragen en zagen tegen de portier van de luchthaven maar er gebeurt niets. We zien onze bagage liggen door een raam en Wim glipt binnen om ze te halen. Na nog wat zagen, paspoort laten zien, nog eens een papiertje invullen hebben we eindelijk onze bagage!
 

‘s Avonds in het pikkedonker gaan we terug naar het eetcafé van Granger. We komen er Shedrack tegen die bij ons komt zitten. We bestellen kip met chapati en groenten, heerlijk en goedkoop, we betalen 500 shilling (5 €) voor het eten!
We beslissen om morgen toch naar het Wasini Island te gaan en betalen deze uitstap aan Shedrack, de beachboy. Alles is inbegrepen zegt hij, lunch en snorkelgerief.

Mombasa Noord : Bamburi


Natuurlijke zonnecreme Aloe Vera

Eindelijk zijn we er! Na een lange vlucht die goed is verlopen komen we aan in Mombasa. Klein luchthaventje. We moeten eerst voorbij een “Health Control”. Al goed dat we onze medische kaart bij hebben! Daarna nog eens een papiertje invullen. Hetzelfde papiertje als toen we onze visa in België gingen regelen. Dan aanschuiven, wat toch wel lang duurt, want zo veel volk is er niet. Aan het loketje nemen ze nog een foto via webcam. Dan naar onze bagage…. Die er niet blijkt te zijn!
De helft van de mensen van onze vlucht heeft zijn bagage niet. Het blijkt dat deze nog in Addis Ababa (Ethiopië) staat. Terug aanschuiven, een lange rij met nerveuze, geïrriteerde mensen die bijna niet geslapen hebben na een lange vlucht. Rustig blijven…. Papiertje invullen en morgen nog eens terugkomen.
Op naar ons hotel. De eerste indruk van Mombasa, wat een chaos! Vele stalletjes waar mensen hun waar proberen te verkopen, meubels, fruit, drank, kleding. En een hoop stank, aan de kant van de baan een vuilnisbelt met koeien erop.
Het hotel ziet er prima uit. We gaan wat eten en later slapen.
We besluiten om een wandeling te maken op het strand en genieten van de mooie Indische Oceaan. Beachboys proberen allerlei safari’s en excursie’s te verkopen. Twee jongens spreken ons aan en stellen zich voor als Shedrack en B.O.K. (Bob Marley of Kenya) Ze wandelen met ons mee over het strand en vertellen over Kenia. Ze leren ons enkele woorden Swahili. We weten ook wel dat ze iets willen verdienen.

Kenia 2010


Een Neushoorn zand sculpture op Mombasa beach

 

Jambo !!!

gebeten door de “Afrika-microbe ” waren we Van 6 tot 27 Augustus in Kenya.
Een prachtig land dat heel veel  positieve ,maar soms ook minder positieve indrukken achterliet.
Veel lees en kijkplezier met het reisverslag en de foto’s
Kwaheri

W&A